11 april 2016 | Tekst: Joris Kobossen | Beeld: Peter Snijders
"Met tevreden klanten scoor je nieuwe klanten"
Enkele jaren geleden keek Hans van Breukelen in MoveMens terug op zijn carrière als keeper en vooruit naar zijn zakelijke activiteiten. Deze keer is de beurt aan voormalig Twente keeper Eddie Pasveer. Hij vertelt vol overgave over zijn tijd als profkeeper, hoe je daar succesvol in kunt zijn maar zelfs dan toch een plan B moet hebben. Waar Pasveer vroeger vooral zijn doel dicht hield, is hij nu juist vooral op zoek naar openingen, nieuwe doelen. Als fysiotherapeut houdt hij zich naast de behandeling van onder andere sportblessures en tal van orthopedische aandoeningen, vooral bezig met ondernemen.
De keeper
Eddie Pasveer (Enschede, 29 juni 1956) speelt in zijn jeugd bij amateurclub AZSV uit Aalten en wordt op zijn vijftiende ingelijfd door FC Twente. In het seizoen 1974/75 wordt hij voor het eerst bij de selectie van het eerste elftal gehaald en in 1976 maakt hij zijn profdebuut in de uitwedstrijd tegen Eindhoven. Pasveer weet bij Twente niet echt door te breken als eerste keeper en verhuist in 1981 naar De Graafschap. In zes seizoenen Twente komt hij tot 23 wedstrijden. Drie maal komt hij voor FC Twente uit in de UEFA Cup. Zo staat hij In het seizoen 1978/79 opgesteld in de dubbele ontmoeting tegen Manchester City en een jaar later verdedigt hij het doel tegen Panionios. Na één seizoen De Graafschap vervolgt Pasveer zijn carrière bij hoofdklasser Sportclub Enschede.
Als Pasveer zijn actieve sportieve carrière heeft beëindigd, wordt hij keeperstrainer bij FC Twente en Heracles Almelo. Bij deze laatste club traint hij ook zijn eigen zoon Remko Pasveer. Het topsportbloed lijkt bij de familie Pasveer namelijk in de genen te zitten. Pasveers zoon Remko staat momenteel onder contract bij PSV, dochter Annelin speelt topvolleybal in de eredivisie en zoons Ramon en Rubin voetballen op het hoogste amateurniveau.
De student
Het parttime karakter van de topsport in die tijd, maakt het mogelijk dat Pasveer naast zijn sport een studie volgt. In eerste instantie wil hij kiezen voor een opleiding Lichamelijke Opvoeding, maar door zijn vertrek naar Twente kiest hij toch voor de opleiding Fysiotherapie. Deze opleiding is namelijk te volgen in Enschede. Tijdens de opleiding wordt zijn interesse voor het menselijk lichaam pas echt wakker. Wat kan het allemaal en vooral ook: wat kan het niet.
Tegenwoordig zou het een stuk lastiger zijn om je als profvoetballer tijdens een belangrijk toernooi of gedurende de competitie bezig houden met toetsen en huiswerkopdrachten. En dan heb je het nog niet over het onderbreken van een trainingskamp voor het maken van een toets 150 km verderop. “Voetballen is prima, maar zorg er altijd voor dat je een plan B hebt. Zo heb ik altijd gedacht.” In 1979, tijdens zijn periode bij Twente, studeert Pasveer af als fysiotherapeut. “Ik heb na mijn Twente-tijd eerst nog 9 jaar bij Hoofdklasser Sportclub Enschede gespeeld en ben mij daarna (na contacten met Frans Hoek, de huidige keeperstrainer van Manchester United) gaan specialiseren als keeperstrainer.”
De Fysiotherapeut
Nadat Pasveer zijn diploma heeft gehaald en zijn profcarrière het einde nadert, gaat hij aan de slag in een fysiotherapiepraktijk. Voetbal blijft een grote passie want in deze periode keept hij nog steeds op het hoogste amateurniveau en traint hij ook nog diverse eredivisiekeepers.
Hoewel het vak van fysiotherapie zeker net zo’n grote passie blijkt, is Pasveer geen type die hoog van de toren blaast. “Laat anderen maar zeggen wat voor soort fysiotherapeut ik ben en of ik het wel of niet goed doe”, zegt hij bescheiden. Bescheiden of niet, hij heeft wel een duidelijke visie: “Als oud-sporter en tevens sportfysiotherapeut ben ik van mening dat een therapeut pas ‘een goeie’ is, als hij zowel aansluiting vindt bij de patiënt als bij de activiteiten van deze patiënt. De uitdaging bij iedere patiënt ligt hem dan ook in het analyseren van zowel de bewegingen als in de uitdagingen en doelen. Dit wil zeggen dat zelfs een sportfysiotherapeut die veel kennis heeft van algemene sporten ook de sport specifieke vaardigheden moet kennen en soms moet overleggen met anderen. Bijvoorbeeld als het gaat om sporten waarbij specifieke kennis vereist is.
'Een therapeut is pas ‘een goeie’, als hij zowel aansluiting vindt bij de patiënt als bij de activiteiten van deze patiënt'
Een praktijkvoorbeeld ligt heel dicht bij huis. Pasveer behandelde zijn dochter die op eredivisieniveau volleybal speelt. Op haar achttiende scheurde zij haar voorste kruisband, binnenste knieband en haar meniscus. Pasveer: “Om haar te kunnen helpen is het naast de bekende parameters kracht, uithoudingsvermogen en snelheid ook noodzakelijk om te weten op welke positie ze speelt. Is ze een libero? Een passer-loper of bijvoorbeeld spelverdeelster? Voor alle genoemde voorbeelden zullen andere trainingsvormen noodzakelijk zijn. Ook is de training in de fitness- of fysioruimte maar een tijdelijk traject. Uiteindelijk zal de therapeut sport specifiek moeten gaan trainen op locatie. In haar geval een sporthal.”
De ondernemer
In 1992 maakt Pasveer officieel de stap naar het ondernemerschap. Fysiotherapie Wesselerbrink - Eddie Pasveer wordt in eerste instantie opgericht vanuit een maatschap, maar tegenwoordig is Pasveer alleen praktijkeigenaar. Al haast hij zich te zeggen dat er op basis van gelijkwaardigheid wordt samengewerkt. De eerste jaren is hij nog parttime ondernemer, want het vak van keeperstrainer kan hij maar moeilijk loslaten. De praktijk groeit en wordt steeds succesvoller en uiteindelijk stopt Pasveer met het keepersvak en kan zich volledig op zijn praktijk en het ondernemerschap gaan richten. Ondernemen is vooral de (tevreden) patiënt centraal stellen, meent Pasveer. “Ik ben eigenlijk continu bezig om onze praktijk en bedrijfsvoering aan te passen aan de vraag van de patiënt. Alles is erop gericht om hem of haar tevreden te stellen. Wanneer een patiënt ontevreden is, levert dat meer schade op dan wanneer er een keer een sessie niet betaald wordt.” De beste promotie is een tevreden patiënt. Eén van zijn doelen is dan ook om constant te zoeken naar manieren om via zijn tevreden patiënten nieuwe patiënten te bereiken. Pasveer: “Daarnaast is het team net zo belangrijk als de individuele fysiotherapeut. Het onderling samenwerken is belangrijk omdat het doel (de tevreden patiënt) gebaat is bij een breed spectrum aan kennis. En aangezien ik niet geloof in 1 individu die alles kan en weet, zal er goed samengewerkt moeten worden.”
Mensen staan duidelijk centraal in Pasveer’s manier van ondernemen. En als je hem in een woord zou moeten typeren zou het ‘gedreven’ zijn. Pasveer: “Nieuwe uitdagingen waar we als praktijk mee te maken hebben, is het steeds ouder wordende publiek van de wijk en de toenemende vraag naar revalidaties op een breed vlak. Ik wil vooral investeren in een betere implementatie van bijvoorbeeld MTT (medische trainingstherapie). Komend jaar zal dan ook in het teken staan van een vernieuwing van de trainingszaal. Ik verwacht dit jaar geen hoofdprijs in de Staatsloterij te winnen dus misschien zal het nog een jaartje moeten wachten. Het staat in ieder geval op de planning!”
Op het gebied van samenwerking met andere praktijken is nog de nodige winst te boeken, meent Pasveer: “Er is inderdaad nog een grote stap te zetten op het vlak van samenwerken. Dat is best frustrerend. Het vak van de fysiotherapeut is dusdanig gegroeid dat het onmogelijk blijkt om altijd alles te kunnen betekenen voor een patiënt. Het delen van kennis en behandelingen zou makkelijker moeten zijn, maar collega’s zien elkaar te vaak als concurrent. Dit vind ik jammer want hierdoor is de beste behandeling niet altijd haalbaar. Als fysiotherapeut moeten we niet meer denken in concurrentie maar in samenwerking. Dit bedoel ik niet alleen op praktijkniveau, maar ook op individueel niveau van fysiotherapeut naar fysiotherapeut.”
'Als fysiotherapeut moeten we niet meer denken in concurrentie maar in samenwerking'
|